“Dames, heren en kinderen, mag ik even uw aandacht? Wij zijn dakloos, we zijn Fiji uitgezet, en vragen u om één euro zestig zodat wij straks naar de nachtopvang kunnen met de bus. Dat is het korte verhaal.”
De man en zijn vrouw zijn ingestapt in de trein in Wolvega. Gezamenlijk zijn ze naar de twee vierzitsbanken gelopen, zij in de vierzits voor mij en hij in de vierzits ernaast, dus schuin tegenover mij. De man heeft een aura van alcohol om zich heen, een baardje van een dag, een grote tas en in zijn hand het boek 'Hoe sms't een Chinees?', wat hij op het tafeltje legt.
De beste man vervolgt zijn verhaal. Hij vertelt over dat hij en zijn vrouw via Fiji naar Nieuw Zeeland reisden, naar hun nieuwe huis. “Maar we kwamen het land niet in. De militaire politie zei tegen ons: 'Amsterdam, tomorrow'.”
Het echtpaar besloot naar België te gaan, waar ze een caravan hadden. Maar de eigenaar van de camping had de caravan verkocht, zonder te overleggen.
“En nu zijn we dakloos,” vertelt de man. “We hebben zelfs geen geld voor het kunstgebit van mijn vrouw.”
Een aantal reizigers geeft de man geld, waar hij huilend voor bedankt. In Heerenveen stap ik uit, de frisse lucht in. De man reist verder, samen met zijn vrouw. Of ze de daklozenopvang hebben gehaald, weet ik niet. Ik vrees dat ze het geld voor andere doeleinden hebben gebruikt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten