zondag 30 juni 2013

Simplisties Verbond – Wees jezelf, broeders

Allemaal op weg naar niets, doen we zus of zomaar iets
Soms net echt, maar meestal kitsch, want wie speelt er nog zichzelf
Weet je nog wanneer dat was, toen je nog geen ander was
Niet in harnas achter glas, maar je eigenlijke zelf

refr.:
Zoek jezelf broeders, vind jezelf, wees en blijf alleen jezelf

Dikkerdoenerij genoeg, op kantoor en in de kroeg
Als je nou 'ns geen masker droeg, zou je dat niet beter staan
Wat moet je met die Januskop, daar schiet niemand iets mee op
't Is een kwestie van een knop, die moet enkel even om

refr.:
Zoek jezelf zusters, vind jezelf, wees en blijf alleen jezelf

De man die op z'n tenen loopt en alleen zichzelf verkoopt
En nooit iets in z'n oren knoopt, die gaat nog eens lelijk dood
En met make-up van oor tot oor stelt z'n vrouw een ander voor
En hebben ze nog steeds niet door dat een glimlach beter staat

refr.(3x)
© Koot en Bie


zaterdag 29 juni 2013

Kerst

Vandaag een teamdag gehad met E&R. Met mijn week, waar ik samen met Wim teamleider over ben. In onze week staan we stil bij het thema ‘Kerst’. In de zomervakantie. Qua temperatuur komen we aardig in de buurt van een traditionele kerst met sneeuw en schaatsen.
Speciaal voor de gelegenheid een aantal kerstmis-klassiekers, uitgevoerd door Bob Dylan:

Adeste Fideles



Must be santa




Little Drummer Boy


vrijdag 28 juni 2013

‘Wat zie je, mensenkind?’ is verschenen

Vandaag is een heugelijke dag. Want mijn derde boek is verschenen. Bij dezelfde uitgever.
‘Wat zie je, mensenkind?’ is de titel van mijn boek. De titel verwijst naar de profeet Jeremia, die regelmatig deze opdracht kreeg van God. Jeremia moest beschrijven wat hij zag. En dat is dezelfde opdracht die ik me stelde tijdens het project #WijDoenHetZelf!.
Een bundel met verhalen uit het project. Vijfhonderd woorden per artikel. Omdat het kan.
Via deze link kom je rechtstreeks bij het boek.

donderdag 27 juni 2013

Gepimpte auto’s

Eerder deze week schreef ik op het hufterig rijgedrag van automobilisten. Van die koningen op de weg, die menen dat zij alles kunnen maken. Coureurs die je opjagen, vervolgens inhalen, optrekken alsof de motor daar wél bij vaart, en vervolgens stilstaan bij het verkeerslicht of de T-splitsing.
Of neem dit: bij de rotonde bij Jumbo Kooistra reed een donkere auto op de rotonde, die zich op het allerlaatste moment bedacht en een afslag nam. Wel keurig het knipperlicht aan. Een andere auto, een witte die bij de afslag voor de afslag van zijn collega-rijder op de rotonde was gekomen, was verrast door het plotselinge afslaan – in de richting waar de witte auto ook heen wilde gaan. Die nieuweling had geen knipperlicht aan. Maar toeterde wel hevig.
Afhankelijk van mijn gemoedstoestand, kan ik om zulke momenten wel lachen. Of in andere gevallen kookt mijn bloed. Zoals gezegd, dat hangt er maar net van af hoe ik mij voel.
Maar deze week viel me nog iets anders op. Die gepimpte auto’s zien er wel bling-bling uit, maar je hebt er niets aan. Al die ‘stoere’ jongens met hun auto’s, die heel hard optrekken en net zo hard weer moeten afremmen, het heeft iets komisch. Je kunt wel heel interessant indruk maken op de vrouwtjes, maar je moet ook gewoon voorrang verlenen.
De auto zegt niet dat je bent vrijgesteld van verkeersregels.
Je staat niet boven de wet.
Hetzelfde geldt voor de verkeersdrempels. Een heerlijk middel om automobilisten tot remmen te dwingen. Ik geniet van verkeersdrempels, vooral in woonwijken. Verkeersdrempels zijn effectiever dan bijvoorbeeld bloembakken op de weg. Want bloembakken belemmeren je in het zicht; je wilt niet dat achter zo’n bloembak een klein kind tevoorschijn komt, die achter een voetbal aanrent.
Je vergeeft jezelf nooit dat je een kind het aangereden. Of erger…
Nee, liever verkeersdrempels.
Want al die gepimpte auto’s zoeven over het wegdek. De afstand tussen de onderkant van de auto en het wegdek is doorgaans nog geen vijf centimeter. Hetzelfde geldt voor de bumpers aan de voor- en achterkant. Bij het naderen van zo’n drempel moet de rijder de snelheid tot een minimum beperken.
Niet zozeer omdat hij een botsing met spelende kinderen wil voorkomen. De man –doorgaans mannen- heeft geen enkele reden dan een auto-technische reden. Bij een verhoogde snelheid zou het zomaar kunnen gebeuren dat door de verkeersdrempel een deuk komt in de bumper. En zoiets moet te allen tijde worden voorkomen.
Je kunt niet bij je vrienden komen met een barst of deuk in je bumper. Dan heb je je auto niet goed verzorgd. Zeg mij hoe je auto eruit ziet, en ik vertel je wie je bent. Puur image.
Ik moet daar om lachen. Dat je je zo laat leiden hoe je auto eruit ziet. Natuurlijk, ook je auto moet je goed besturen. Het verslonzen van je auto zegt ook iets over je voorkomen, over he je voor de dag komt.
Maar ja, mijn leven is meer dan een auto.
Ik heb niet eens een auto.

woensdag 26 juni 2013

Cover ‘Wat zie je, mensenkind?’

Als auteur heb je soms zo wat privileges. Die privileges neem ik trouwens wel op de koop toe. Het gaat mij primair om het schrijven en publiceren. Maar de uitgever is vanzelfsprekend blij als het boek daadwerkelijk de markt in wordt gebracht.
Ik schreef al eerder over mijn nieuwe boek ‘Wat zie je, mensenkind?’ Dit boek is het resultaat van het project #WijDoenHetZelf!, van de gemeente Leeuwarden. Tijdens dit project schreef ik een flink aantal verhalen. In principe elke dag vijfhonderd woorden.
Het manuscript leverde ik in bij dezelfde uitgever, die mijn eerste twee boeken heeft uitgegeven. Deze uitgever, Boekscout, wilde opnieuw met mij in zee. Alleen al dat feit stemde me tevreden. Gelukkig zag ook de uitgever brood in ‘Wat zie je, mensenkind?’
Na het inleveren van het manuscript volgde de periode van punten op de i. De correcties, kiezen van de cover, de flaptekst. De mailadressen organiseren. Niet het leukste onderdeel, want het gaat mij om de tekst van het boekje. De rest zijn randzaken.
Maar wel belangrijke randzaken.
Nu is dat allemaal voorbij. Het boek is klaar.
Een van de privileges is dat je het eerste exemplaar een paar dagen voor de release thuisgestuurd krijgt. Vandaag kreeg ik mijn derde boek. Met het boekje in mijn handen kan ik zeggen dat ik trots ben op het resultaat.
Ik ben blij met ‘Wat zie je, mensenkind?’ De eerlijkheid gebiedt me ook de dank uit te spreken richting de gemeente Leeuwarden. Zij zagen heil in het traject #WijDoenHetZelf en mijn betrokkenheid bij dit project.
En een bijzonder woord van dank voor André, het opperhoofd. Hij heeft de groep enthousiast gehouden. Dat zorgde ervoor dat ik mijn verhalen goed kon schrijven.
Bij deze dus mijn dank uitgesproken.
Met het boekje in mijn hand.
Vrijdag is ‘Wat zie je, mensenkind?’ te bestellen via Boekscout.nl.

dinsdag 25 juni 2013

Bedrijfsplan

Wel eens een bedrijfsplan geschreven? En nagedacht over wat voor kosten je wel of niet moet maken? Ik ben momenteel bezig met zo’n bedrijfsplan. En ik moet zeggen: het schrijven an sich gaat me wel aardig af. Ik heb een idee wat ik wil, ik heb er een visie op.
Maar het meest lastige is het financiële gedeelte.
Want er komt het een en ander bij kijken wat je financiële onderbouwing betreft. Wat mijn precieze plan gaat worden, laat ik op dit moment nog even in het midden. Het gaat nu niet om mijn plan, het gaat om het kostenplaatje.
Bij het maken van een bedrijfsplan maak je –vanzelfsprekend- een plan om zelf geld te verdienen. Je bent eigen baas. Dat klinkt best goed. Totdat je beseft dat je ook zelf je loon moet overmaken. Naar jezelf. Je bent daar helemaal zelf verantwoordelijk voor.
Als je elke maand een vast inkomen wilt hebben, is dat dus sowieso het bedrag dat je maandelijks moet omzetten. Minimaal. Want behalve je eigen inkomen moet je met je eigen bedrijf ook aan een aantal andere betaalverplichtingen voldoen.
Je hebt de huur. Je bedrijf zit natuurlijk in een pand. Misschien dat je fysiek nauwelijks op kantoor te vinden bent – maar je hebt een brievenbus nodig voor de blauwe envelop. Of wat dacht je van de eigen brieven, enveloppen en visitekaartjes? Die kun je zelf gaan tekenen, maar er gaat hoe dan ook geld in om. In het maken van je visitekaartjes.
Misschien wil je ook wel pennen gaan laten maken. Met de naam en het logo van je bedrijf erop. Dat kost natuurlijk ook geld. Want voor niets gaat de zon op.
Welke materialen gebruik je? Voor een onderwijsassistent heb je ander gebruiksmateriaal nodig dan voor een cameraman. Een websitebouwer heeft ander gereedschap nodig dan een klusjesman. Een postkoeriersdienst vervoert zich op een andere manier dan iemand die in de stad aan het werk is.
En dan komen daar de verzekeringen nog bovenop. Per bedrijf zijn de verzekeringen uiteraard anders. Voor een schrijver gelden andere verzekeringen dan voor een freelance-badmeester. Maar niet elke verzekering is direct noodzakelijk of relevant. Wanneer kies je voor welke verzekering?
Grote vraag is natuurlijk ook: wanneer speel je quitte? De kosten gaan voor de baten uit. Natuurlijk. Maar hoeveel tijd heb je om te investeren, voordat je investering zichzelf terugverdient? Als de investering zich terugverdient, betekent dat dus dat je aan alle betaalverplichtingen voldoet.
Dat je elke maand een keurig salaris verdient. Dat de huur is betaald. De verzekering is afgehandeld. Frans Weekers zijn geld krijgt. Je geld hebt om nieuwe producten aan te schaffen. Om je visitekaartjes bij te laten drukken.
En dat allemaal om eigen baas te zijn. Met veel vrijheid. Maar ook met de verantwoordelijkheid om inderdaad dat geld maar om te zetten. Je kunt je dan niet meer verschuilen achter een baas. Als je veel winst maakt: hulde. Als je verlies draait: stekker eruit.
Dit soort informatie moet allemaal in je bedrijfsplan.

maandag 24 juni 2013

Booy naar Deventer

Foeke Booy is de nieuwe trainer van Go Ahead Eagles in Deventer. Dat is mooi voor Booy. Want de Fries zat alweer even zonder club. Afgelopen voorjaar werd Booy ontslagen bij Cercle Brugge. Tegenvallende resultaten. Een ander buitenlands avontuur, bij Al-Nassr in Saoedi-Arabië, verliep ook niet soepel: Booy kon niet aarden, en vertrok weer naar Nederland.
De zomerperiode is de traditionele stoelendans bij de voetbalclubs. Spelers verruilen hun oude club voor een stapje hoger. Of voor een avontuur in het buitenland. Wat niet gezegd wordt, is dat een nieuwe club vaak ook goed is voor het spaarbankboekje. Het is een bekend argument: voetballers hebben een relatief korte loopbaan: hun betaalde carrière duurt pakweg twintig jaar. Van hun achttiende tot hun achtendertigste. Grofweg gezegd.
Na het beëindigen van de actieve carrière, zit het leven van de voormalige profvoetballers erop. Nog dertig jaar, zonder een vaste baan. En al die tijd zonder inkomen. Dus al dat inkomen moet worden verdiend tijdens de contractperiodes.
Ook voetbaltrainers verhuizen naar een nieuwe club. Zo kan het gebeuren dat Marco van Basten na een sabbatical trainer is geworden van sc Heerenveen. Dat Ronald Koeman aan het werk is bij Feyenoord, na eerst –in willekeurige volgorde- Vitesse, Ajax, PSV, AZ en Benfica. Leo Beenhakker bij vrijwel alle Nederlandse clubs aan het werk is geweest.
En dus dat Foeke Booy naar Deventer verhuisd.
Foeke Booy. Ik ken hem niet, uiteraard. Ik weet wie hij is, maar persoonlijk contact heb ik niet met hem. En toch spreek ik over hem. Maar dat is omdat Booy een geboren Leeuwarder is. Booy is geboren in de stad waar ik nu woon.
Mijn oude mentor en Dylan-vriend Wytze groeide op in dezelfde buurt als Booy. Ze kwamen elkaar wel eens tegen. Maar er was sprake van een te groot levensverschil. Op die leeftijd dan. Als je ouder wordt, spelen leeftijden steeds minder een rol. Maar hoe jonger, hoe groter het leeftijdsverschil.
Wytze vertelde dat hij Foeke wel eens zag voetballen. Met een bal tegen de muur van de schuur. Vader Booy wilde dat zijn zoon een voetballer werd. Het grote ideaal: je zoon als voetballer. Je kroost als Bekende Nederlander. Als getalenteerde sportman.
In feite is er niets veranderd. Want de wildgroei aan talentenshows laat zien dat ieder mens bekend wil worden. Soms onder druk van ouders en vrienden. Kinderen moeten presteren. We willen goed voor de dag komen bij onze vrienden en buren. Misschien ter compensatie van een gebrek. Waar het talent in kwestie zelf niets aan kan doen.
Maar goed, Foeke in Leeuwarden.
Trappend met een bal tegen de muur. Booy werd nooit een hele grote voetballer. Wel een harde werker, maar het talent van voetballen was bij Booy minder ontwikkeld. Dat gemis aan talent heeft Booy nooit belemmerd in zijn voetbalwerk.
Als trainer. Of als technisch directeur.
Maar nu is Booy dus trainer in Deventer. Op prima afstand van Leeuwarden. De stad waar hij opgroeide. Maar daar zal Booy niet meer wonen. Een mooi huisje aan de IJssel, en lekker elke dag op het voetbalveld.
Weg van de muur. De wijde wereld in.

zondag 23 juni 2013

Martin Bril

Vandaag is het 35 jaar geleden dat Bob Dylan voor het eerst in Nederland optrad. Het Feyenoord-stadion in Rotterdam, De Kuip, was de plek waar Dylan acte de présence zou geven. Een dubbel-debuut: het was Dylans eerste optreden in Nederland, en De Kuip werd voor het eerst als concert-stadion gebruikt.
Dylan had in die tijd net een nieuwe elpee uitgebracht: Street Legal. Die plaat zou nog moeten uitkomen in Nederland. Het was eind jaren zeventig: internet bestond nog niet, en de wereld draaide minder snel dan drie decennia later.
Eenmaal in Nederland, werd Dylan even kort de toerist. Hij bezocht het Rembrandt-huis (de kunstenaar Dylan) en kwam naar het Anne Frank Huis – onderweg naar Essen las Dylan de Engelstalige editie van Anne Franks dagboek. Zou het joods-zijn hebben opgespeeld bij de zanger? Welke rol speelden het Anne Frank Huis en het dagboek bij Dylans bekering, later dat jaar? Of is er helemaal geen verband?
Tom Willems was in 1978 vijf jaar jong. Uiteraard heeft hij dat concert in De Kuip niet meegemaakt. Zoals hij het zelf zegt: ik zat nog in de zandbak. Toch is het Willems gelukt om van Dylans debuut in Nederland een nauwgezette reconstructie te maken. Mede hierom wordt Willems ‘misschien wel de grootste Dylan-kenner van de lage landen genoemd’.
Waarvan akte.
Vanzelfsprekend was ook ik niet bij Dylan in De Kuip. Ik werd bij lange na nog niet verwacht, laat staan dat er aan mij gedacht werd. Pas een kleine zes jaar na dit concert kwam ik op de wereld. En vanaf dat moment zou het nog achttien jaar duren voordat ik de man zag optreden.
Inmiddels heb ik de schade wat kunnen beperken, hoewel zoiets natuurlijk nooit helemaal lukt. Een verleden dat niet van jou is, kun je je nooit eigen maken. Dat moet je ook niet willen. Belangrijker is om je eigen historie te ontwikkelen.
Niets is mooier dan je eigen gemaakte herinneringen.
Hoe mooi Tom Willems Dylans eerste optreden in Nederland heeft gereconstrueerd, en hoeveel plezier ik ook beleef aan mijn eigen Dylan-concerten, het wringt toch altijd ergens. Niet dat Willems niet kan schrijven. Het is ook niet zo dat ik een geheugen heb als een zeef.
Maar beiden kunnen we niet tippen aan Martin Bril.
De columnist schreef de mooiste stukjes voor de Volkskrant. En de beste verhalen over Bob Dylan. In één van zijn postume boeken, schreef Bril dat hij bezig was met een boek over onze gemeenschappelijke held. In de stijl als De Kleine Keizer, over Napoleon.
Bril heeft dat manuscript nooit kunnen voltooien. Zijn uitgever heeft ooit laten weten dat het Dylan-boek er ook niet komt.
Helaas.
Ik heb niet de illusie dat ik dat boek dan maar moet schrijven.
Maar ik ervaar het gebrek aan Brils boek over Dylan wel als een groot gemis. Vanmiddag las ik een postume verhalenbundel, Het Geluk Dat Gezin Heet. Ik heb genoten van de kleine details, de korte verhalen over een gezinsleven.
Terwijl ik het boek las, dacht ik: het duurt nog heel lang voordat een nieuwe Martin Bril ten tonele is verschenen.

zaterdag 22 juni 2013

Regen

Loop de hele dag met een zin van Bob Dylan in mijn hoofd.
En dan de versie uit de film Masked & Anonymous.
Dylan zingt het met een rauwe stem.
“When the rain is blowin’ in your face”.
Dat dus.

vrijdag 21 juni 2013

Hufterig rijgedrag

Van de week liep ik ’s avonds een rondje in mijn woonbuurt. Ik ergerde me aan het rijgedrag van Leeuwarders. En dan met name het rijgedrag van jongeren. Laat ik wat voorbeelden geven.
Er zijn autorijders die bij rotondes geen knipperlicht gebruiken. Op zich niet heel erg frustrerend, maar het belemmert wel de doorstroom van het autoverkeer. Niet heel prettig, maar dit is nog wel te overzien.
Frustrerender zijn de jongeren in hun gepimpte auto’s. Met van die glimmende velgen. Soms te dure auto’s voor de leeftijd. Met raampjes open. Soms ook niet. De jongeren hebben de muziek aan: zo hard dat de ruiten van de omliggende huizen trillen.
Jongeren die heel hard optrekken en honderd meter verderop hard moeten afremmen. Voor de nieuwe rotonde.
Dat soort hufterig gedrag.
Het lijkt me sterk dat ik de enige ben die dat frustrerend vind.
Ik vind het tijd voor een nieuw initiatief. Laten we van Leeuwarden een fietsstad maken. In de ruime binnenstad komen fietspaden waar auto’s te gast zijn. Door het rode asfalt en de smallere wegen worden autobestuurders gedwongen om rustig te rijden. In Zwolle zijn dit soort wegen al ingevoerd.
De auto’s worden zoveel mogelijk buiten de stad neergezet. Forenzen parkeren hun auto buiten de stad: met een pendelbus gaan zij vanaf ‘buiten’ naar binnen. Op die manier wordt het autoverkeer in de stad beperkt.
Lijkt me een heerlijk vooruitzicht.

donderdag 20 juni 2013

Barack in Berlijn

De Amerikaanse president Barack Obama heeft een aantal dagen doorgebracht in Berlijn. Vijf jaar geleden was hij ook in de hoofdstad van Duitsland, maar toen was Obama nog senator en presidentskandidaat. Nu is Obama wat grijzer, en hoeft hij zich niet meer druk te maken over een eventuele herverkiezing.
Natuurlijk wordt een link gelegd met Obama’s illustere voorgangers. John F. Kennedy sprak de legendarische woorden uit: “Ich bin ein Berliner.” De oude B-acteur Ronald Reagan sprak Gorbatsjov toe: “Tear down this wall.” Bill Clinton sprak: “Nichts wird uns aufhalten. Alles ist möglich. Berlin ist frei. Berlin is free.”
En nu voegen we daar Barack Obama aan toe. “Vielen dank.”
Nee, heel erg inspirerend was Obama niet in Berlijn. Het was ook niet zozeer zijn toespraak of zijn Duits, dat me opviel bij het bezoek van Obama aan de Brandenburger Tor. Iets heel anders was plotseling heel duidelijk. Dat was Obama’s veiligheid.
President Obama deed aan het begin van zijn speech zijn jasje uit. Natuurlijk, het was een warme dag. Ook in Duitsland. Om zijn daad kracht bij te zetten, vertelde Obama dat hij zijn jasje uit deed. Want dat stond informeel, en zo gaan bevriende staten met elkaar om.
Informeel.
Maar Obama hield zijn toespraak wel vanuit een glazen kooi. Over informeel gesproken. Ik vind dat op zijn minst het vermelden waard. Want dat een president van een bevriende staat het volk toespreekt vanuit een glazen kooi, geeft aan dat zijn veiligheid niet gegarandeerd kan worden.
Dat is opmerkelijk, zeker als je dit afzet tegen bijvoorbeeld Kennedy of Reagan. Beide oud-presidenten spraken in Berlijn, de verdeelde stad. Een frontlinie in de Koude Oorlog. Een stad die alles vertegenwoordigde waar de spanningen van dat moment over gingen.
Maar zowel Kennedy als Reagan kregen geen glas om zich heen. Zij waren vogelvrij in hun bewegingsvrijheid. In een verdeeld Berlijn, en een gespannen verhouding tussen Oost en West.
Nu die Koude Oorlog voorbij is, zou je denken dat de bevriende staatshoofden daadwerkelijk vrijheid zouden hebben. Zeker in Berlijn, het symbool van het IJzeren Gordijn en De Muur. Maar juist in deze vrije stad, los van alle onrust en verdeeldheid, moet Obama de Duitsers vanuit een kooi toespreken.
Nee, informeel is het niet.
Sinds de Wende is veel veranderd. Maar beweging kan ook achteruitgang zijn.

woensdag 19 juni 2013

Muzikaal begaafde Dylan

De Canadese zangeres Joni Mitchell heeft van zich laten horen. In Toronto wordt een aantal concerten gegeven, waar de zangeres zelf ook zal optreden. In een voorbereidend interview met de Canadese zender CBS zegt ze dat haar collega Bob Dylan muzikaal gezien niet begaafd is.
Wel authentiek, niet muzikaal begaafd.
Dylan dan.
Ik weet niet wat ze van zichzelf vindt.
Awel.
Sinds jaar en dag wordt gesproken over het muzikale gehalte van Dylan. Zijn teksten zijn tot daar aan toe. Niet voor niets is Dylan een gelauwerde artiest, als het om zijn teksten gaat. Een eredoctoraat, een Pulitzer Prize, het zijn twee onderscheidingen voor zijn literatuur.
Bob Dylan wordt eveneens sinds mensenheugenis genoemd als kanshebber voor de Nobelprijs voor de Literatuur.
Maar zijn muziek, tjah. Nobody sings Dylan like Dylan. De coverversies zijn bekender dan het origineel. Knockin’ on heavens door, Blowin’ in the wind, Mr. Tambourine Man, de man in de straat dicht ze toe aan de cover-artiesten.
Omdat het origineel vaak ‘tegenvalt’.
Ik vind het nog wel meevallen met de onbegaafdheid van Dylans muzikaliteit. Dylan zelf heeft vaak gezegd dat zijn liedjes op de plaat aangeven waar hij op dat moment staat. De liedjes ondergaan bij live-uitvoeringen vaak zo’n omvorming, dat zelfs de doorgewinterde Dylanologen pas bij de eerste regel horen om welk lied het gaat.
Dylan muzikaal niet zo begaafd, maar wel authentiek. Ik ben dit niet met Joni Mitchell eens. Sterker nog, ik verheug me er op 30 oktober, Dylan in HMH. Dan hoor ik welke arrangementen Dylan nu heeft bedacht.

dinsdag 18 juni 2013

Fietsen

Sinds ik Victor tegenkwam op de Wielerbaan, is mijn leven totaal veranderd. Dat klinkt misschien wat ‘fout’. Zo bedoel ik het ook niet. Dus overnieuw, en een streep door het voorgaande.
Victor, eigenaar van RenJeLekker.nl, heeft iets bij mij in beweging gezet. Namelijk een lifestyle. Een gezonde manier van leven. Dat behelst veel meer dan het half uur bewegen dat we van de overheid krijgen opgelegd.
Nee, gezond leven is een lifestyle. Elke dag goed bewegen. Gezond eten. Letten op je ademhaling. Dat soort onderdelen. En zo kom je er bijvoorbeeld achter dat elke dag een stukje pure chocolade geen probleem is.
Uiteraard geldt ook hier: met mate. Want overdaad schaadt. En wat dies meer zij.
Elke week spreek ik af met Victor. Dan spreken we de week door. De week in soundbites. En we gaan een stukje fietsen.
Nu heb ik wel een fiets, maar die kraakte tot ruim een week geleden. De fiets kraakte volop. Alsof de fiets geen zin had in een goede fietstocht. De ketting had tegenzin. De remmen ook – of nee, die hadden geen tegenzin, die hadden helemaal geen zin. En zo had mijn fiets meerdere ‘pijntjes’.
Tijd dus om naar de fietsenmaker te gaan. Voor een gezonde voorjaarsbeurt.
Toen ik mijn fiets vorige week weer ophaalde, was alsof ik een nieuwe fiets had. Een goede voorjaarsbeurt en ik fietste weer op veertjes.
Ik heb de banden vol met wind. Nee, ik heb ja niets te klagen.

maandag 17 juni 2013

ChristenUnie Leeuwarden

Vorige week hield de ChristenUnie Leeuwarden haar algemene ledenvergadering. Tijdens die ALV is de kieslijst vastgesteld. En het verkiezingsprogramma, die nog wel wat moet worden bijgeschaafd. Als lijsttrekker is Frits Rijpma gekozen.
Ik ben ook gevraagd voor de lijst. Als lijstduwer. Ik bezet plaats 16. De kans dat ik in november in de gemeenteraad kom, is dus nihil. Desondanks is mijn naam publiekelijk verbonden aan een politieke partij.
Is het een probleem dat ik als journalist bij een politieke partij zit? Ik denk het niet. Ik beschouw mezelf steeds minder als journalist, maar wel meer en meer als publicist. En de combinatie van publicist en politicus is geen vreemde combinatie.
Wat te denken van bijvoorbeeld Bart Jan Spruyt? Of Myrthe Hilkens. Om maar eens twee namen te noemen. En zo zijn meer mensen die als publicist en als politicus werkzaam zijn.
Plaats 16.
That’s me.

zondag 16 juni 2013

Daniël Lohues

Afgelopen vrijdag was ik met wat mannen van Project Beerze in Hardenberg. We waren mannen met een missie. Geen evangelisatie-bijeenkomst. Geen Beerze-vergadering. Nee, we hadden een aardse missie.
Daniël Lohues was onze bestemming.
In theater De Voorvegther.
Lohues was daar in het kader van de tournee Ericana. Over het gebied waar Lohues woont. En zijn laatste cd heeft opgenomen.
Wat een man, die Lohues. Zijn teksten lijken erg algemeen, maar zitten zo vol met waarheden. Diepzinnig. Maar dan moet je wel gaan zitten om te luisteren. Gelukkig kan dat in het theater. Luisteren naar de teksten.
En naar de verhalen tussendoor. Lohues ontwikkelt zich meer en meer tot een rasechte cabaretier. Hoewel zijn hart bij de muziek ligt.
Want muziek maken kan Lohues erg goed. Op piano. En op gitaar.
Het mooiste van de avond? Veel. Het geïmproviseer op piano en gitaar. De samensmelting van de liedjes tot een ‘medley’.
Maar het mooiste was de uitvoering van ‘Ik zou wel eens willen weten’ van Jules de Corte.
Mooi.

vrijdag 14 juni 2013

Nog heel veel nachtjes slapen

Nog heel veel nachtjes slapen, en dan is het zover: Bob Dylan. 30 oktober is het zover, de kaartjes zijn besteld. Reken maar dat ik er zin in heb!
Waar ik op hoop? Ik hoop dat Dylan materiaal van Tempest gaat spelen. Die kans is groter dan dat hij materiaal van Together Through Life gaat spelen. Ik hoop dat Dylan achter de ‘grand piano’ gaat zitten, en uiteraard de toetsen bespeeld.
Maar eigenlijk is veel gewoon bijzaak. Net als Dylan’s stem. De setlist. Misschien een personele wijziging in de begeleidingsband. Zeker dit moment is dat allemaal koffiedikkijken. Alsof we nu al kunnen inschatten hoe het concert in oktober zal zijn.
Het mooist is om Dylan weer te zien optreden.

donderdag 13 juni 2013

Als een kind zo blij

Ik ben zo blij als een kind. Gisteren las ik al dat Bob Dylan zes concerten zou gaan geven in Duitsland. Zo’n mededeling brengt een storm van verwachtingen. Gaat Dylan nog meer optredens geven? En doet His Bobness dan ook Nederland aan?
En jawel, twee avonden staat de zanger in de Heineken Music Hall, 30 en 31 oktober. Opnieuw bij een kerkelijke dag: 31 oktober is het Hervormingsdag. De afgelopen keren dat Dylan Nederland verblijdde met een optreden, kwam hij vaak met Pasen. Nu dus met Hervormingsdag. Ik twijfel of Dylan dat weet.
Ik ga naar Dylan. De eerste avond, 30 oktober dus. Vier ik Hervormingsdag thuis. Met ongetwijfeld een schitterende herinnering aan de avond ervoor.

woensdag 12 juni 2013

Wat zie je, mensenkind?

Anderhalve week geleden gaf ik via dit blog aan dat mijn derde boek eraan komt! Zaterdag 1 juni schreef ik dat de lezers van mijn blog een promotiemail konden krijgen – als ze aangaven zo’n mail te willen ontvangen.
Inmiddels heeft een aantal lezers aangegeven een mail te willen ontvangen. Dat is goed nieuws. Want dankzij die mailadressen kan ik verder met het proces. Zoveel verder, dat de volgende stappen worden ingezet.
Over tweeëneenhalve week, vrijdag 28 juni, is de grote dag. Dan verschijnt mijn boek. ‘Wat zie je, mensenkind?’ is dan te bestellen via de uitgever, en via de boekhandel. Mijn derde boek is dan een feit.
Wie had dat ooit durven beweren? Dat ik voor mijn dertigste (die magische grens) drie boeken zou hebben geschreven? Ik zou het hebben afgedaan als een utopie.

dinsdag 11 juni 2013

Pure chocolade

Het eten van pure chocolade is gezond. Volgens sommigen is pure chocolade beter dan melk- en witte chocolade. En zelfs gezonder dan het eten van fruit. Mits je uiteraard pure chocolade met mate eet:  per 100 gram pure chocola geeft 500 calorieën. Geniet met mate.
De website mens-en-gezondheid.info.nu geeft heldere informatie over pure chocolade. Een belangrijk ingrediënt van pure chocolade is antioxidanten. Antioxidanten. Een onderdeel dat dus tegen oxideren is. Oxideren, roesten. Je lichaam kan ook ‘roesten’. Geen wonder, als je bedenkt dat je lichaam ijzers opneemt. En dat in zuurstof waterstof zit. IJzer en water geeft doorgaans oxidatie.
Tegen roest op ijzer kun je vaak cola gebruiken. Om de roest op te hebben. Voor je lichaam is cola uit den boze: dan kun je dus  beter pure chocolade nemen. Vanwege die antioxidanten.
Meer gespecificeerd: in pure chocolade zit flavonoïden, een antioxidant. De website mens-en-gezondheid.info.nu geeft een lijstje van gevolgen door flavonoïden: lagere bloeddruk, lagere cholesterol, minder aderverkalking, ontstekingsremmend, gaat veroudering tegen, aderen verwijderen zich, structuur van bloedvaten wordt gezonder én wordt beschermt, de bloedsomloop verloopt beter, en het lichaam wordt beschermd tegen schadelijke processen, vrije radicalen (deeltjes die helpen bij het afweersysteem om ziekteverwekkers en andere `indringers` buiten te houden. Ze kunnen individueel nuttig zijn, maar als er te veel van zijn, richten ze schade aan, bron: encyclo.nl) en oxiderende stoffen.
Vanwege de ingrediënten (flavonoïden) wordt pure chocolade meer aanbevolen tegen hartziektes en kanker dan fruit en fruitsappen. Met nogmaals de opmerking: vanwege de suiker en het vet in pure chocolade is overdaad schadelijk. Geniet met mate is de norm.
Overigens lijkt warme chocolademelk, de winterse kost bij Koek & Zopie, geen goed alternatief. Door het verwarmen van pure chocolade gaan de antioxidanten weer verloren. Dat wordt dus gewoon kauwen op de twee brokjes chocolade per dag.
Hoe hoger het cacaogehalte in de pure chocolade, hoe beter het voor je gezondheid is. Maar pure chocolade kan soms bitter smaken. Daarom wordt geadviseerd om het eten van pure chocolade langzaam op te bouwen. Beginnen met een cacaogehalte van 50 procent, tot zo’n 77 procent (gemiddeld) tot uitschieters van bijna 99 procent.
Een gek verhaal? Niet echt. Want begin mei toonde een wetenschappelijk onderzoek aan dat de proefpersonen kalmer en tevredener werden na het eten van pure chocolade. Dat komt volgens Nu.nl volgens polyfenolen.
Een bijzonder verhaal. Ik heb me dit nooit gerealiseerd. Sterker nog, chocolade is eigenlijk altijd een ‘verboden vrucht’ geweest. Chocolade associeer ik met suiker en vet. Dat is ook zo, maar als je met mate pure chocolade tot je neemt, is het een gezond ingrediënt.
Dat betekent dat ik met een gerust hart een stukje chocolade kan nemen. Snoepen mag, blijkbaar. Maar het grote gevaar in deze snoeperij zit ‘m in de hoeveelheid. Of beter: in de matiging. Want hoe antioxiderend pure chocolade ook is, het werkt soms ook enorm verslavend. Nog een klein stukje; ach, doe nog maar een klein stukje.
Overdaad schaadt.
Maar elke dag een stukje pure chocolade maakt je wel kalmer en tevredener.

maandag 10 juni 2013

De planteneter

Een paar weken geleden liep ik op de Wielerbaan in Leeuwarden. Het was tijd om wat te bewegen. Voor iedereen is bewegen goed, maar voor mij is het van groot belang om de beweging erin te houden.
Bij geval liep ik daar een man tegen het lijf, die ook aan het bewegen was. Die man rende zich lekker. Hij gaf mij de tip om eens te kijken op de website RenJeLekker.nl. Diezelfde middag keek ik op de site, en kwam erachter dat de man die ik ontmoette op de wielerbaan Victor moest zijn.
Op de website stonden de contactgegevens van Victor. Ik stuurde hem een mailtje, of we elkaar niet eens konden spreken. Onder het genot van een kopje koffie. En warempel, ik werd uitgenodigd bij hem. Voor een vrijblijvend gesprek.
Victor bood me aan om me te begeleiden in het bewegen. Hij is immers van RenJeLekker.nl. Het bijzondere van Victor was dat hij een extraatje aanbood: ademhalen. Een gehaaste ademhaling zorgt voor een rechte ademhalingscurve, bewust ademhalen zorgt voor een top en een dal in de ademhaling. En dat zorgt dan weer voor een betere verbranding.
Ik wilde wel met Victor verder, maar RenJeLekker.nl is Victors bedrijf. Met andere woorden: geld moet rollen. Maar ik had geen geld, maar wel de gemeente. Ik hoopte gebruik te mogen maken van een potje om dit soort trajecten te betalen. Maar daar stak de gemeente een stokje voor.
Gelukkig kon ik het met Victor op een akkoordje gooien. Ik volg een half jaar Victors traject, hij krijgt in ruil daarvoor media-aandacht. In vorm van mijn verhalen. Waarvan dit er dus één van is.
In de reguliere gesprekken die ik met Victor voer, heeft de coach het regelmatig over gezond eten. Minder vlees en zuivel, meer groente en fruit. Ik herkende dat verhaal. Ik had er eerder over gehoord. Over gelezen, eigenlijk.
En ineens wist ik het: Boele P. Ytsma. Boele is een voormalige pastor en voormalig eigenaar van Beth Tikwah (Huis van hoop), een bezinningshuis met natuurlijke voeding. Over zijn worsteling met het geloof schreef Boele twee boeken, Van De Kaart en Authentiek.
Nu is Boele planteneter.
En heeft hij hetzelfde verhaal als Victor.
Vanochtend sprak ik met Boele. Een inspirerend figuur. Want tijdens het gesprek heeft hij wat deuren en deurtjes geopend. Plantaardig (gezond) eten is een lifestyle. En onbeperkt. Dat het werkt, behoeft geen uitleg. Zelf verloor Boele ruim 26 kilo. Door gezonder te eten.
Kijk, dat zijn verhalen waar ik door wordt geïnspireerd. Gezonder leven is niet langer meer voorbehouden aan hippies op blote voeten en kleurige gewaden. Dit is een weg die ik ook wil gaan inslaan.
Over de details moet ik het nog hebben. Vooral met mijzelf. Hoe ga ik het doen? Wat wil ik gaan doen? En hoe vertel ik het mijn ouders?
Via mijn blog wil ik mezelf rekenschap afleggen over mijn ontwikkelingen. En mijn lezers op de hoogte houden. Want zo houd ik mezelf scherp met iets wat ik kan: schrijven.
En planteneten.

zondag 9 juni 2013

De stilte

‘Maar de stilte valt zo hard, dat het wel waar moet zijn’. Deze zin hangt vandaag in mijn hoofd. Van Dik Hout. En waarom? Ik weet het niet. Maar het zit er wel.
De stilte.
Planken zagen.

zaterdag 8 juni 2013

You’ve got a friend

Sinds ik in Leeuwarden woon, heb ik een select gezelschap van vrienden opgebouwd. Eén van die Leeuwarder vrienden is Wobbe, uitbater van de Music & Film op de Voorstreek.
Bij Wobbe kom ik vrijwel wekelijks langs. Om een praatje te maken. En soms om een cd of elpee te kopen. Maar een financiële transactie is vaak van ondergeschikt belang. Het gaat bij onze ontmoetingen altijd om een intellectuele transactie.
Een goed gesprek over kerk, staat en maatschappij. Geen enkel onderwerp is een taboe. En dat is prettig. Het zijn juist deze momenten die ik koester.
Vandaag ook weer. Ik kwam even buurten bij Wobbe. Dat ‘even’ werd steeds langer. Ik heb uiteindelijk twee uur in de zaak van Wobbe gestaan. Het voelde alsof ik maar tien minuten binnen ben geweest.

Wat een held, die Wobbe.

vrijdag 7 juni 2013

Acda & De Munnik – Dit Lied Gaat Over Niets



Het is best een mooie dag vandaag
Maar daar gaat dit lied niet over
Zal er niet over gaan schrijven
Ook al schrijf ik graag
Het is best een mooie dag vandaag
Maar daar gaat dit lied niet over
Zal er niet over gaan schrijven
Niet vandaag
Ook al schrijf ik graag
Niet vandaag

Dit lied gaat over niets

Voor de mensen die een melodie
Het mooist der liedjes vinden
Zou dit een lekker liedje kunnen zijn
Maar daarover gaat het niet
Het mooiste is een oplossend refrein
In een lied van oude liefde
Zo'n liefde die het altijd weer
Zal winnen van de tijd
Maar niet bij mij

Dit lied gaat over niets

Dit lied gaat over niets
Laat staan over de liefde
Of over het gebrek daaraan
Eindelijk een liedje
Eindelijk een liedje over niets

Dit lied gaat over niets
Laat het ook een keertje rusten
Het is ook een keertje klaar
Dit lied gaat over niets
Ze draait de vorige liedjes maar

Dit lied gaat over niets 


© Acda en de Munnik, 1999

donderdag 6 juni 2013

Kindertransport

Vandaag, precies zeventig jaar geleden, vertrok het eerste ‘Kindertransport’. Dinsdag 8 juni 1943 vertrok vanuit Westerbork een trein met 46 wagons. De trein telde 3017 gedeporteerden, waaronder 1145 kinderen. Drie dagen later kwam dit transport aan. De gedeporteerden werden dezelfde dag vergast.
Dit transport was het 68e transport vanuit Westerbork. Historicus Guus Luijters heeft alle transportlijsten opgezocht, en deze gepubliceerd in In Memoriam (2012). Indrukwekkend boek. Vooral om al die namen van de kinderen te lezen.
Vanuit de treinen werden briefjes gegooid. Luijters heeft van dit transport een brief van Stella [Duque-Werkedam?] opgenomen.

‘Lieve vrienden,
Zitten in de trein. Waarheen, wie weet het. De één zegt Polen, de ander Riga. Geven jullie Jochem ook bericht alsook Ines. Zijn moedig en hopen op spoedig wederzien. Mevrouw de Leeuw en Gien zullen ook wel mee gaan. ’t Zijn 3000 mensen. Meest vrouwen en kinderen onder de zestien. De mannen mochten niet mee. Wat een ellende. Toch hoop ik op een wederzien, maar hoe ik ben behoef ik niet te schrijven. Stuur Ines en Sam die afscheidsgroet. Chel en Jochem nog in Vught met Jeannette. Hoe lang nog? Blijven jullie voor hen zorgen. Dank, dank voor alles. Steeds het beste. Tot ziens. Hopelijk spoedig. Werken jullie later voor ons [als] wij terug mogen. Begrijpen jullie hoe wij te moede zijn? Heel veel groeten en een afscheidskus. Tot ziens zo God het wil.
Jullie toegen.
Stella’

dinsdag 4 juni 2013

Bob Dylan krijgt Franse prijs

Het had wat voeten in de aarde, maar de kogel is dan door de kerk. Bob Dylan ontvangt de prestigieuze  Legion d'Honneur, een belangrijke Franse cultuurprijs. Eerder werd de prijs geweigerd aan Dylan, vanwege diens drugsgebruik en weerstand tegen de Vietnam-oorlog.
De Legion d’Honneur is niet Dylans eerste Franse prijs. In 1990 ontving hij van de toenmalige minister van Buitenlandse Zaken, Jack Lang, de Commandeur des Arts et des Lettres.

Evenmin is het Dylans tweede prijs. Eerder ontving Bob Dylan twee eredoctoraten, een aantal muziekprijzen en in 2008 de prestigieuze Pulitzer Prize.

maandag 3 juni 2013

Lange woorden

Duitsland raakt zijn langste woord kwijt. De deelstaat Mecklenburg-Vorpommern schrapt het woord ‘Rindfleischetikettierungsüberwachungsaufgabenübertragungsgesetz’. Dit woord, 63 letters lang, werd nauwelijks gebruikt door onze oosterburen.
En wij, welke lange woorden kennen wij? Ik heb zelf een voorkeur voor twee lange woorden. De eerste. Beroepskeuzeoriëntatietest. 26 letters. Antikruisrakkettendemonstraties. 31 letters.
Wat is taal dan soms een leuke hobby. Als je je met zulke dingen bezig houdt.

Boomtown Rats – I Don't Like Mondays



The silicon chip inside her head
gets switched to overload
and nobody's gonna go to school today
she's gonna make them stay at home
And daddy doesn't understand it
he always said she was good as gold
and he can see
no reasons
'cause there are
no reasons
what reason do you need to be shown

tell me why
i dont like mondays
tell me why
i dont like mondays
tell me why
i dont like mondays
i want to shoot the whole day down

The Telex machine is kept so clean
And it types to a waiting world
And Mother feels so shocked
Father's world is rocked
And their thoughts turn to their own little girl
Sweet 16 ain't it peachy keen
No, it ain't so neat to admit defeat
They can see no reasons
'Cause there are no reasons
What reason do you need, oh-h-h

(Chorus)
Down, down, shoot it all down

And all the playing's stopped in the playground now
She wants to play with her toys awhile
And school's out early and soon we'll be learning
And the lesson today is how to die
And then the bullhorn crackles
And the captain tackles
With the problems and the how's and why's
And he can see no reasons
'Cause there are no reasons
What reason do you need to die, die, oh-h-h

1. verse
the silicon...

tell me why
i dont like mondays
tell me why
i dont like mondays
tell me why
i dont like, i dont like
tell me why
i dont like mondays
tell me why
i dont like, i dont like
tell me why
i dont like mondays
tell me why
i dont like mondays
i wanna shoot, oooo-ooo-ooot,
the... whole... day... down


zondag 2 juni 2013

Jessica Meijer – Een blik Jodenboeken

Toen ik zo’n drie jaar geleden stage liep bij Dagblad van het Noorden, zat ik naast Johan de Veer. Hij maakte officieel geen deel uit van de stadsredactie Groningen, waar ik stage liep. Maar omdat Johan van ‘oudsher’ verslaggever Provinciale Staten was, en daardoor zijn werkplek had in het voormalige stadsredactie-pand van DvhN, maakte hij wel min of meer deel uit van dezelfde redactie. Als de stadsredactie weer eens moest verhuizen, verhuisde Johan mee.
Zo kwam het dus dat de stagiair naast de doorgewinterde verslaggever kwam te zitten. Drie maanden lang zaten we naast elkaar onze verhalen te schrijven. Het was een plezier om naast Johan te zitten. Hij gaf me regelmatig adviezen om een verhaal nog beter te schrijven. Of om de juiste vragen te stellen als ik bijvoorbeeld bij CvdK Max van den Berg aanschoof.
Johan en ik konden het goed met elkaar vinden. Dat troffen we dan maar. In één van de verloren momenten op de redactie, vertelde Johan dat hij Journalistiek studeerde op de hogeschool in Tilburg. In het docentenkorps zat de bekende interviewer Ischa Meijer.
Natuurlijk kende ik Ischa Meijer wel. Maar dat was veel meer vanuit een algemene ontwikkeling. Nu kende ik iemand die Meijer in zekere zin doorgaf, die hem zelf had gekend. En dat had ik niet. Johan vertelde dat Meijer de beste interviewer van Nederland was: hij wist bij mensen informatie boven water te halen, die ze zelf verborgen hielden en daarom niet uitspraken. Maar dat Meijer wel opschreef in zijn verhalen.
Ischa Meijer hoefde nooit een verhaal te rectificeren.
Ischa Meijer.
Geboren op 14 februari 1943. Valentijnsdag.
Gestorven op 14 februari 1995. Precies een dag voor mijn negende verjaardag. Meijers 52e verjaardag.
Ik kende Meijer een beetje. Dankzij het boek I.M. van zijn ‘weduwe’ Connie Palmen.
Maar nu is Ischa meer voor me gaan leven. Door het autobiografische boek 'Een blik jodenkoeken' van zijn dochter Jessica. Generatiegenoot van mij; Jessica is twee jaar ouder dan ik. In een openhartig boek komt Jessica duidelijk naar voren. En speelt haar vader een bescheiden maar belangrijke rol.
De dood van haar vader is een traumatische ervaring voor Jessica. Vanaf het moment dat haar vader sterft, moet ze presteren. Ze moet er mooi uit zien, mag niet onder doen bij klasgenoten, en wil aanbeden worden. Een drang om vooral sterk over te komen.
Door het trauma ontwikkelt Jessica boulimia. En duikt ze met jan en alleman in bed, zo lijkt het haast. Openhartig vertelt ze hoe haar eetprobleem zich ontwikkelt. Hoe ze ruzies heeft met haar moeder. Hoe ze haar eetprobleem probeert te verbloemen. Hoe haar zoektocht naar het perfecte lichaam keer op keer bevestigd wordt – door mannen die met haar naar bed gaan omdat ze zo aantrekkelijk is.
Een eerlijk boek. Daarmee sluit Jessica Meijer een periode af waarin ze het tegendeel probeerde te doen dan wat ze in haar boek doet. De tijd van maskers, mooie praatjes en liegen ligt nu achter haar. Tijd om open kaart te spelen. Om zo de wereld in te gaan.
Met een schone lei.
Niet per definitie een dunne lei.
Als Jessica inderdaad een aantal eigenschappen van haar vader heeft geërfd, staat ons nog veel te wachten. Dan voel ik me een beetje trots dat ik een generatiegenoot ben van Jessica.
Zo heb ik opnieuw weer iets gemeen met mijn oud-collega Johan.

zaterdag 1 juni 2013

Boek ‘Wat zie je, mensenkind?’ te bestellen

De afgelopen twaalf weken heb ik gewerkt binnen het project #WijDoenHetZelf (#WDHZ). Via dit project vanuit de gemeente Leeuwarden, heb ik geprobeerd aan de slag te komen als stadsschrijver. Om tijdens het project al werkervaring op te doen, heb ik elke dag een stuk geschreven.
Elke dag vijfhonderd woorden. Over wat ik tijdens het project heb gedaan. Of wat ik niet heb gedaan. Zo zat ik bij elke bijeenkomst van #WDHZ. Voor mijn stukjes heb ik de feiten gebruikt als kapstokken, en de verhalen aan de feiten opgehangen.
Geen kale journalistiek dus, maar veel meer een Martin Bril-achtige manier van schrijven. Ik heb me in die twaalf weken daarin ontwikkeld. Ik ben er nog niet, maar ik ben wel onderweg. Een kleine veertig verhalen heeft het project #WDHZ opgeleverd.
Al die verhalen zijn gebundeld. Het boek wordt via mijn uitgeverij Boekscout.nl uitgegeven. ‘Wat zie je, mensenkind?’ is de titel van het boek. Ik heb voor deze titel gekozen om een aantal redenen. Enerzijds is het een verwijzing naar de profeet Jeremia, een ‘practical joke’ voor de meer Bijbelvaste lezers.
Ik heb ook voor deze titel gekozen, omdat het onder woorden brengt wat ik heb gedaan tijdens #WDHZ: om me heen gekeken en beschreven wat ik zag.
Het manuscript ligt nu bij de uitgever. Nu begint het laatste deel van het proces: de allerlaatste details, en aanvragen van ISBN. Dat soort details. Ik verwacht dat begin juli het boek daadwerkelijk te bestellen is.
Voor wie dat leuk vindt, wordt vanuit de uitgever een promotiemail verstuurd als het boek klaar is. In die promotiemail staat een link naar de webwinkel van Boekscout.nl, waar het boek te bestellen is. Ben je geïnteresseerd in deze promotiemail?
Mail dan naar fritstromp@gmail.com en zet in die mail deze zin: Ik geef toestemming voor gebruik van mijn mailadres voor het toezenden van een eenmalige promotiemailing.
Als ik de mail heb ontvangen, geef ik je adres door aan Boekscout.nl. En dan volgt de promotiemail vanzelf.